Bij onze IT-zorgvoorziening SPRINT merken we dat veel deelnemers het lastig vinden om hun emoties te uiten en te reguleren. Sommigen reageren ze juist heel zichtbaar, terwijl anderen in zichzelf keren en hun gevoelens nauwelijks tonen. Onze orthopedagoog Anne legt uit hoe SPRINT omgaat met emotieregulatie en welke aanpak we daarbij hanteren.
“Een belangrijk aandachtspunt is om onze sprinters mee te geven hoe zij op een goede, handige manier hun emoties kunnen uiten én reguleren. Een aantal van onze sprinters vertonen externaliserend gedrag, zoals schreeuwen en het opzoeken van conflicten. Voor ons als begeleiders ligt hier een belangrijke taak.
“Op het moment dat de deelnemer begint te schreeuwen, brengen wij ons stemvolume juist omlaag en reageren bijvoorbeeld met: ‘Hé, je bent boos, laten we samen kijken hoe we dit kunnen oplossen.’ Je kunt je stem wel verheffen het gedrag wel bestraffen, maar zo lossen we het probleem niet op. We willen achterhalen waaróm de Sprinter zo reageert, welke gevoelens en gedachten er spelen of we hierin een patroon kunnen ontdekken.
“Met die informatie kunnen we bedenken hoe we de deelnemer het beste kunnen coachen. Het is belangrijk dat we goed aansluiten op zijn of haar belevingswereld. We kunnen bijvoorbeeld wel met de Sprinter in gesprek gaan, maar onze doelgroep heeft vaak moeite om hun emoties onder woorden te brengen. Stap voor stap brengen we in kaart welke vaardigheden op gebied van emotieregulatie iemand nog kan ontwikkelen en hoe wij hierin het beste kunnen ondersteunen.”
